• Slide-2

Het Charollais schaap is in 1991 door enkele fokkers in Nederland geïmporteerd. Het is een betrekkelijk jong Frans Ras en is gefokt voor een snelle vleesgroei zonder overmatige vetbedekking. Het schaap heeft goede slacht eigenschappen, terwijl de vruchtbaarheid zeer redelijk tot goed te noemen is. Het ras heeft na 1963 in Frankrijk een stormachtige groei doorgemaakt en is nadien geëxporteerd naar diverse landen waaronder Portugal, China, Duitsland, Engeland en nu ook naar Nederland. De populatie Charollais schapen in Engeland is zelfs vele malen groter dan in Frankrijk zelf.

De Historie van het Charollois schaap ligt in Frankrijk, waarop het einde van de 18de eeuw het schaap rond de heuvels van Charolles zijn oorsprong had, towndertijd de vlakte van "Morvandelles" genoemd. De schapen werden hooftzakelijkgeslacht voor de Parijse vleesconsumptie. Later werden er Merino schapen ingekruist voor de verbetering van de wol kwaliteit, wat tot gevolg had dat de vacht wit, zeer fijn ( 29 micron) en korte werd. Uiteindelijk werd, uit Engeland de Leicester geïmporteerd en Charollais, wat tot gevolg had dat men een hard ras kreeg wat onder sobere omstandigheden goed kon gedijen. De "Mouton Charollias" zoals men het schaap ging noemen werd gekenmerkt door zijn goede groei en het kon het gehele jaar door met de Charollais runderen buiten worden gehouden.

~ De Charollais heeft lange, beweeglijke oren en een breed onbewold voorhoofd wat roze gepigmenteerd is. Zowel de ooien als de rammen zijn ongehoornd.

~ De Charollais is lang, met een brede bespierde romp, een diepe middenhand met goed aangesloten schouders en een rechte brede rug met daarachter een goed en ruim bespierde achterhand. 

~ De Charollais heeft kort, droog en stevig beenwerk dat evenals de kop roze gepigmenteerd is.

~ De volwassen Charollais rammen hebben een gewicht dat varieert tussen de 110 en 140 kg en dat van de ooien tussen de 80 en 110 kg.

~ De Charollais heeft een normaal bronst seizoen, waarna de ooien werpen van half januari tot april. De rammen dekken het gehele jaar door en zijn daarom bij uitstek geschikt als vleeslam vader bij andere rassen, ook voor jaar rond productie, zoals de Flevolander, de Swifter en andere rassen die als vleeslammoeder worden gebruikt.  

 

Uit Engels onderzoek is gebleken dat nakomelingen van Charollais vaders even snel groeien als nakomelingen van Suffolk vaders en sneller dan de nakomelingen van andere vleeslam vaders waaronder de in Engeland gebruikte Texelaar. Mede door de snelle groei en de gunstige vetbedekking was de netto opbrengst van de Charollaiskruislingen enkele euro's hoger dan bij de vergeleken kruislingen.

De in Nederland gehouden proeven wijzen uit dat de kruislingen van Charollais vaders beste groeicijfers laten zien, variërend van 310 gram tot 520 gram netto groei per dag ( Uit Swifters en Flevolanders moeders ), Afhankelijk van de worpgrootte en de manier van afmesten. Door de geringere vetbedekking kunnen de lammeren enkele kilo`s zwaarder worden afgeleverd, zonder dat vervetting optreed.

Er zijn momenteel voldoende gegevens om de zuivere Charollais lammeren als volg te classificeren: 

+/- 20% klasse E

+/- 60% klasse U 

+/- 20% klasse R
 Dit alles met een vetbedekking van 1+ tot 2+

De gemiddelde vruchtbaarheid van Charollais schapen varieert van +/- 1,6 lammeren bij een jarige ooien en +/- 2,0 lammeren per worp bij de 2 jarige ooien, met dien verstande dat onder Nederlandse omstandigheden+/- 80% van de tot de ram toegelaten eenjarige ooien werpt. oudere ooien werpen twee en drielingen met een gemiddelde van 2,3 lammeren per worp.